Terugblik op mei: touwgetrek tussen de stieren en de beren.
Søren Otto Simonsen
Senior Investment Editor
Samenvatting: De financiële markten zijn als een stroeve date en ze blijven ook dubbele signalen geven. Bloeit er toch nog iets moois op of blijven we teleurgesteld achter? Voor beide is wat te zeggen. Zo lijken zure cijfers uit China de mei-prestaties te drukken, terwijl uit Europa ook positieve signalen komen, zoals de afnemende inflatie. Of de richting van de markten duidelijker wordt en of het touwtrekken door beren danwel stieren zal worden gewonnen, dat blijft een grote vraag in de zomermaanden van het noordelijk halfrond.
De breedste maatstaf die we hier gebruiken – de global equityperformance – daalde in mei met 1,2%. Hoewel het een drukke maand is geweest, komen de negatieve cijfers voornamelijk door zorgen over de vertraagde Chinese activiteit. Aan de positieve kant zijn onder andere een relatief positief cijferseizoen, de AI-hype (voor het grootste deel van de maand), een versoepeling van de EU-inflatie en een hopelijk ondramatisch akkoord over het schuldenplafond in de VS.
Men zou ook kunnen zeggen dat de marktimpact van sommige van deze gebeurtenissen meer neutraal dan positief was. Zoals de FOMC-vergadering aan het begin van de maand, waar de Federal Reserve de rente opnieuw verhoogde, met het vooruitzicht om mogelijk een pauze te nemen.
VS: 0,2%
Amerikaanse aandelen zijn bijna het perfecte voorbeeld van de stilstand waarin de financiële markten zich dezer dagen bevinden. Ze eindigden praktisch neutraal voor de maand, ondanks veel actie aan met name de macro-politieke kant.
Aan het begin van de maand vond de FOMC-vergadering plaats waarnaar met veel aandacht werd uitgekeken en die eindigde zoals veel mensen verwachtten. Ook de onderhandelingen over het schuldenplafond vonden in mei plaats en lijken zonder al te veel poespas voorbij te zijn. Aandelen in artificiële intelligentie (AI) hebben het grootste deel van de maand in een positief daglicht gestaan. Maar later in de maand gingen ze ook omlaag omdat de waardering van deze aandelen in twijfel werd getrokken.
Europa: -3,2%
Als outperformers van het afgelopen jaar, stelden Europese aandelen in mei teleur met een daling van 3,2%. Stof tot nadenken hier aangezien verschillende Europese economieën in de loop van de maand tekenen van afnemende inflatie vertoonden. Het lijkt er echter op dat zwakke cijfers uit China erop wezen dat een sneller dan verwachte vertraging van de productie in bedrijven die sterk verbonden zijn met de eurozone voorrang kregen. Tegelijkertijd stuurden de zorgen over hoe de onderhandelingen over het Amerikaanse schuldenplafond zouden eindigen negatief karma richting Europa.
Azië: -1,2%, Opkomende markten: -1,9%
Zowel de Aziatische markt als de Opkomende Markten zijn behoorlijk interessant bij het evalueren van de prestatiecijfers van mei, omdat beide regio's sterk worden gedomineerd door Chinese aandelenprestaties. En dat was geen mooi verhaal.
Verschillende kerncijfers rondom de Chinese productie en activiteit wijzen op een bruuskere vertraging dan de meeste experts hadden verwacht. Dit heeft Chinese aandelen behoorlijk geraakt. Zoals gezegd zorgde dit ook voor trillingen in het westen, waardoor de Europese aandelenprestaties werden gedempt. Maar ook Azië en de Opkomende Markten werden naar beneden getrokken. De behoorlijke prestaties in Zuid-Korea, Japan en India ten spijt.
In veel opzichten is AI het onderwerp van de maand voor aandelen. Dat, in combinatie met een solide cijferseizoen, zette de Informatietechnologiesector op kop als de best presterende sector van de maand, met een stijging van 8%. De enige andere sector die groen kleurde was die van de Communicatiediensten.
Energie was de slechtst presterende sector met een daling van meer dan 10%. De negatieve prestaties hangen nauw samen met de maandenlange uitverkoop van olie en de heropleving van short-speculanten op dat gebied. Olie vertoonde in het laatste deel van de maand wat tekenen van stabilisatie, maar het was niet genoeg om de laatste plaats te ontwijken. Grondstoffen presteerden het op één na slechtst, grotendeels als gevolg van groeiende zorgen over een financiële vertraging op basis van zwakke Chinese gegevens.
De obligatieprestaties waren gematigd, maar over de hele linie negatief. Die resultaten zijn in feite te wijten aan de onzekerheid op de markt over de vraag of de verkrapping van de rentetarieven ten einde loopt of zal aanhouden, in combinatie met een sterke dollar en dalende grondstoffenprijzen.
Bronnen: Bloomberg & Saxo Group
Voor de Wereldwijde Aandelen wordt gekeken naar de MSCI World Index. Aandelenregio's worden gebaseerd op de S&P 500 (VS) en de MSCI-indices Europe, AC Asia Pacific en EM. Aandelensectoren worden gebruikt gemaakt van de MSCI World/[Sector]-indices, bijvoorbeeld MSCI World/Energy. Voor obligaties kijken we naar USD hedged Bloomberg Aggregate Total Return voor totalen, staatsobligaties en bedrijven. Wereldwijde grondstoffen worden gemeten met behulp van de Bloomberg Commodity Index. Olie wordt gemeten aan de hand van het WTI Crude oil futures contract van de volgende maand (Generic 1st 'CL' Future). Goud wordt gemeten met behulp van de Gold spot dollarprijs per Ounce. De US dollar valuta spot wordt gemeten met behulp van de Dollar Index Spot, het meten van een gewogen mandje van de volgende valuta's: EUR, JPY, GBP, CAD, SEK en CHF. Tenzij anders aangegeven, zijn de cijfers in lokale valuta.
* De data gaat over de afgelopen maand mei 2023.