Belangrijke patronen: de pullback
Hans Oudshoorn
Beleggerstrainer SaxoAcademy
Samenvatting: Naast het in kaart brengen van de trend en het bepalen van de steun- en weerstandsniveaus zijn technisch analisten altijd op zoek naar patronen die een verandering in het ritme van de markt suggereren. Hoewel er tientallen patronen bestaan zijn ze allemaal onder te verdelen in twee groepen: ‘omkeer-‘ of ‘continuatiepatronen’. Beleggingsexpert Hans Oudshoorn vertelt u hier meer over.
Level: Experienced
Naast het in kaart brengen van de trend en het bepalen van de steun- en weerstandsniveaus zijn technisch analisten altijd op zoek naar patronen die een verandering in het ritme van de markt suggereren. Hoewel er tientallen patronen bestaan zijn ze allemaal onder te verdelen in twee groepen: ‘omkeer-‘ of ‘continuatiepatronen’. Bij een omkeerpatroon is de kans dat de koers een andere richting op gaat groter dan de kans op voortzetting van het oude patroon. Bij een continuatiepatroon is de verwachting dat de koers na een adempauze dezelfde richting volgt. Een bekend omkeerpatroon is de pullback.
De pullback
Als een aandeel boven het weerstandsniveau sluit, is dat een eerste teken van een trendbreuk. Wat je na de zogenoemde uitbraak vaak ziet is dat de koers kortstondig terugvalt richting het oude weerstandsniveau. Dit patroon wordt de ‘pullback’ genoemd. In onderstaande grafiek is dat goed zichtbaar.
Overigens is in de grafiek ook goed te zien dat de druk op de weerstand langzaam werd opgevoerd. Nadat de koers het steunniveau testte, ontstond een proces van steeds hogere koersbodems binnen de zijwaartse trend. Uiteindelijk volgde de uitbraak.
De pullback is een betrouwbaar omkeerpatroon, vaak schiet de koers daarna weer omhoog. Technisch analisten spreken in deze situatie van ‘To say hello, to wave goodbye’. In de grafiek hierboven verlaat de koers de oude zijwaartse trend. Bij een uitbraak stopt de pullback vaak rond het niveau van de oude weerstand. Deze oude weerstand vormt dan het nieuwe steunniveau.
Koersdoelen bepalen
Technisch analisten gebruiken patronen vaak ook om koersdoelen te bepalen. Tijdens de zijwaartse fase van het aandeel lag het steunniveau rond € 11 en het weerstandsniveau rond € 13,50. Dat is een bandbreedte van € 2,50. Door nu deze € 2,50 bij het weerstandsniveau van € 13,50 op te tellen rolt er een koersdoel van € 16 uit voor de situatie na de uitbraak. Wat opvalt, is dat de stijging van het aandeel rond het niveau van € 16 daadwerkelijk voor het eerst een paar dagen hapert. Technisch analisten noemen dit ook wel de ‘pendulum swing’-beweging. Dit is afgeleid van de slinger van een oude klok (pendule): die beweegt vanaf het middelpunt net zo ver naar links als naar rechts (en doet daar even lang over). Vergelijkbaar dus met de afstand van € 2,50 in de grafiek van ten opzichte van ‘het middelpunt van € 13,50’.
Ook na een doorbraak van het steunniveau van een aandeel vindt vaak een pullback plaats. De koers keert dan nog één keer terug naar het oude steunniveau om vervolgens te zakken. Het oude steunniveau wordt daarmee de nieuwe weerstand. Ook nu kun je een eerste koersdoel bepalen. In dit geval door de oude bandbreedte van het steunniveau af te trekken. Kijk maar eens naar de volgende grafiek.
Lange tijd pendelde het aandeel tussen € 26,75 (steun) en € 31 (weerstand), ofwel een bandbreedte van € 4,25. Na de doorbraak en de pullback werd een verdere daling ingezet die ‘volgens het boekje’ stokte rond de € 22,50. Nadien is een eerste herstel opgetreden tot € 24,50, waarna het aandeel terugzakte naar € 23,50. Na een maand tussen deze koersniveaus bewogen te hebben volgde een uitbraak (zie blauwe cirkel) en een verder herstel richting € 26,75. Daar haperde de koers. Verrassend? Nee, gewoon een mooi voorbeeld waarbij oude steun nieuwe weerstand blijkt.
Interpretatie
Het is verstandig bij een uitbraak (door de weerstand) niet direct alle aandelen te kopen. Stel, u wilt er tweehonderd, koop er dan honderd, wacht op de pullback en als de koers daarna weer opveert koopt u de volgende honderd aandelen. Op deze manier doet u aan risicomanagement: soms is de pullbackbeweging groter en zakt het aandeel door de nieuwe steun (oude weerstand) en hervat de oude trend. Met honderd aandelen is het verlies dan kleiner dan wanneer u er tweehonderd zou hebben. Ook volgt na een uitbraak niet altijd een pullback. In dat geval heeft u in ieder geval honderd aandelen om te profiteren. In veel gevallen gaat het klassieke patroon wel op, maar ook technische analyse verloopt niet altijd volgens het boekje.
Andersom, bij een doorbraak van het steunniveau, kan het verstandig zijn wel direct de hele positie te verkopen. Dalingen op de beurs vinden namelijk vaak met zevenmijlslaarzen plaats; ook komt in deze situatie de pullback minder vaak.
Samengevat zijn patronen te verdelen in twee groepen: ‘omkeer-‘ of ‘continuatiepatronen’. Een bekend omkeerpatroon is de pullback. Na een uitbraak door de weerstand, volgt een moment van koerszwakte, waarna de uptrend wordt vervolgd. Ook bij een doorbraak van de steun volgt regelmatig een pullback. De koers keert dan kortstondig terug naar het oude steunniveau en hervat vervolgens de dalende trend. Na een uit- of doorbraak kan met de ‘pendulum swing’-beweging relatief eenvoudig een koersdoel worden bepaald.
Meer leren over technische analyse?
Verder verdiepen in technische analyse? Dan zullen volgende artikels voor u ook zeker interessant zijn: