Klaar om te beginnen?
Een rekening openen doet u geheel online in drie eenvoudige stappen.
Strateeg vastrentende beleggingen
Samenvatting: Centrale banken realiseren zich dat meer dan een jaar agressief monetair beleid misschien niet genoeg is geweest om de inflatie te bestrijden. De financiële omstandigheden blijven soepel, regeringen blijven een expansief fiscaal beleid voeren en de economie vertraagt niet in het verwachte tempo. Er moet nog meer verkrapping plaatsvinden, waardoor de rentecurves in het derde kwartaal van het jaar verder zullen omkeren. Het is echter mogelijk dat extra renteverhogingen niet werken zoals bedoeld. Daarom moeten beleidsmakers een actieve desinvestering van de balansen van centrale banken overwegen om de rendementen in het lange deel van de rentecurve op te krikken. Nu de renteverhogingscyclus zijn einde nadert, zullen de bedrijfs- en staatsobligatiemarkten verleidelijke kansen bieden in het voorste deel van de rentecurve.
Let op: dit artikel is overgenomen van ons moederbedrijf Saxo Bank A/S en maakt deel uit van onze Quarterly Outlook. Deze serie artikelen is alleen bedoeld voor amusementsdoeleinden, en specifiek niet bedoeld is als marktvoorspelling of als beleggingsadvies of -aanbevelingen. Alle meningen en standpunten over specifieke aandelen die in dit artikel kunnen worden geuit, zijn uitsluitend gebaseerd op speculatie.
Het originele, Engelstalige artikel is gepubliceerd door Saxo A/S op donderdag 6 juli om 08:00 uur. De vertaling vindt u hieronder. Beleggen kent risico's, uw inleg kan minder waard worden.
Centrale banken staan voor een dilemma: moeten ze de zeepbel laten knappen die is gecreëerd door meer dan een decennium van Quantitative Easing (QE), of kunnen ze de inflatie bestrijden zonder de bubbel te laten barsten?
Het verhogen van de rentetarieven met 500 basispunten (bps) in de Verenigde Staten en 400bps in Europa heeft niet gedaan waar centrale bankiers op hoopten. De banenmarkt blijft solide, de inflatie is hardnekkig en ligt ruim boven de doelstelling van 2% van de centrale banken. Het enige wat de westerse centrale banken tot nu toe hebben gedaan, is de rentecurves doen omkeren (normaal ligt het tarief van de lange rente boven die van de korte, op dit moment is het echter omgedraaid).
Terwijl een omgekeerde rentecurve een risico vormt voor bedrijven die krap bij kas zitten (geld lenen op korte termijn is relatief duur), blijven grotere bedrijven profiteren van lagere rendementen in het lange deel van de rentecurve (leningen met een langere looptijd zijn relatief goedkoop). Amazon kan langlopende schulden aantrekken tegen 4,5% en investeren tegen meer dan 5% in kortlopend papier. Er is niet veel voor nodig om te begrijpen dat een dergelijke renteomgeving de verkeerde prikkels zou geven. De droom dat inflatiebestrijding geen gevaar vormt voor de financiële stabiliteit, draagt bij aan de bestaande zeepbel.
Over het algemeen blijven de financiële omstandigheden soepel. De Chicago Fed Adjusted National Financial Conditions Index is negatief, wat aangeeft dat de financiële voorwaarden gemiddeld losser zijn dan de huidige economische omstandigheden doen vermoeden. Ook is de reële Fed Fund rate eind maart voor het eerst sinds november 2019 positief geworden, waarmee pas een jaar en 500bps renteverhogingen later een restrictieve houding werd bereikt (restrictief: een hogere rente verlaagt de vraag naar leningen en kan zo de economie afremmen). De ECB daarentegen loopt duidelijk achter op de curve met de reële ECB-depositorente (lees: hebben de rente tot nu toe minder vaak verhoogd) in de onderste bandbreedte van vóór Covid, toen de ECB de groei probeerde te stimuleren. Toch blijven regeringen een uitbundig fiscaal beleid voeren (geld uitgeven; investeren) om de kiezers voor zich te winnen, waardoor de gevaarlijke inflatoire omgeving blijft bestaan.
Hoewel kwantitatieve versoepeling officieel is beëindigd (makkelijk geld lenen tegen een negatieve rente), blijven de balansen van de grote centrale banken de kern van de hoge inflatie.
De gezamenlijke balans van de Federal Reserve en de ECB bedraagt meer dan USD 15 biljoen (dus 15.000 miljard). Op dit moment verkopen beide centrale banken niet actief langlopende leningen, omdat ze ervoor hebben gekozen om een deel van hun aflopende leningen niet te herinvesteren. Zo'n strategie "Quantitative Tightening" noemen, is voor centrale banken een manier om ‘hawkish’ te praten, maar ‘dovish’ te handelen. Ze weten heel goed dat als ze het ‘inflatiemonster’ echt willen bestrijden, ze de langetermijnrendementen moeten laten stijgen. De manier om dat te doen is door actief te desinvesteren in hun balansen: langetermijnobligaties verkopen. Door dat te doen daalt de prijs van deze leningen, waardoor het verwachte rendement oploopt.
Als centrale banken ervoor blijven kiezen om – zoals de afgelopen maanden – de korte rente verder te verhogen, dan kan het resultaat het tegenovergestelde zijn. Hoe hoger de benchmarkrente (korte rente), hoe groter de kans dat de langetermijnrente op staatsobligaties begint te dalen, aangezien de markten de kans op een (diepe) recessie dan hoger inschatten.
Het ligt dus in de lijn der verwachting dat de verkrappingscyclus in de tweede helft van het jaar ten einde komt, omdat extra renteverhogingen bovenop de marktverwachting ertoe leiden dat de rentecurves alleen maar verder zouden omkeren (kortere rente nog hoger dan de lange rente) in plaats van een significante impact (afremmend effect) te hebben op de inflatie.
Nu de verkrappingscyclus zijn einde nadert, verwachten we dat de functionarissen van de Federal Reserve en de ECB zullen beginnen te praten over desinvesteringen van balansen. Op dat moment zullen de rentecurves steiler worden, gedreven door de stijging van de langetermijnrente. Het voorste deel van de rentecurve kan beginnen te dalen, omdat de markten anticiperen op het begin van een renteverlagingscyclus. Als de verwachtingen ten aanzien van renteverlagingen in de toekomst echter verder worden opgeschroefd, bestaat de kans dat de rentecurves een tijdlang onder druk blijven staan. Dit pad is echter minder zeker omdat het afhangt van het vermogen van beleidsmakers om de renteverlagingsverwachtingen laag te houden en het vermogen van de economie om perioden van hogere volatiliteit te doorstaan. Dat zou het moment zijn dat we verwachten dat de markt zal roteren van risicovolle activa (van aandelen) naar risicovrije activa (spaargeld of kortetermijnleningen), waardoor de zeepbel die is gecreëerd door decennia van QE zal barsten.
Wij verwachten dat de Federal Reserve als eerste centrale bank de renteverhogingscyclus zal beëindigen, terwijl de ECB nog een paar keer zal moeten verhogen om de reële depositorente van de ECB verder op te krikken. De Bank of England zal in het nieuwe jaar misschien nog verder moeten verhogen om verder af te wijken van haar concurrenten.
Beleggers die inkomen uit hun vermogen (beleggingen) willen halen, mogen in de startblokken staan en zich voorbereiden op het moment dat de verkrapping van het beleid van de centrale banken zijn hoogtepunt bereikt. Aangezien het de nodige marktturbulentie mee kan brengen (hogere volatiliteit), zal het cruciaal zijn om een balans te vinden tussen duration en kredietrisico. Omdat onzekerheid de volatiliteit op de obligatiemarkten hoog houdt, geven we er bovendien de voorkeur aan om de duration tot een minimum te beperken en te kiezen voor korte looptijden.
De markt voor kortlopende leningen (short duration market) is het meest gevoelig voor het beleid van centrale banken. Juist deze ‘korte markt’ biedt thans bovengemiddelde kansen op een goed rendement (want de korte rente ligt hoog in verhouding tot de lange rente). Zelfs als de rente in de nabije toekomst verder zou kunnen stijgen, is het rendement van hoogwaardige (bedrijfs)obligaties aantrekkelijk voor buy-and-hold-beleggers. De spread die investment grade bedrijfsleningen met looptijden tussen 1 en 3 jaar bieden ten opzichte van Amerikaanse staatsleningen is 0,62%. Dat komt neer op een gemiddeld rendement van 5,04%. Volgens de Bloomberg US Aggregate Bond Index is dat het hoogste rendement dat investment grade obligaties met zo'n korte looptijd betalen sinds 2007. Ter vergelijking: van 2007 tot een jaar geleden boden investment grade bedrijfsobligaties met een looptijd van 1 tot 3 jaar een gemiddeld rendement van slechts 1,8%. Een stuk lager dan de huidige 5%.
In Europa zien we een vergelijkbaar beeld. Europese investment grade bedrijfsleningen met een looptijd van 1 tot 3 jaar bieden een yield van 4,43%; het hoogste rendement sinds de Europese schuldencrisis van 2011. Er wordt 2,8% meer betaald dan het gemiddelde van de afgelopen vijftien jaar.
Het rendement van bedrijfsobligaties in het Verenigd Koninkrijk is veel hoger dan in de Verenigde Staten en Europa. Hoewel voor buy-and-hold beleggers verdere renteverhogingen door de BOE misschien geen bedreiging vormen, is het belangrijk om te beseffen dat het kredietrisico in het Verenigd Koninkrijk hoger is dan in andere ontwikkelde economieën door de onzekerheid over de inflatie, de naschok van Brexit en de toekomstige agenda voor het monetaire beleid. Daarom is cherry picking nog belangrijker.
Recente emissies van staatsobligaties laten zien dat risicovrije alternatieven voor de bedrijfsobligatiemarkt of zelfs aandelen goede kansen bieden. In juni verkocht het Britse Debt Management Office (DMO) vijfjaarsleningen met een coupon van 4,5% en een rendement van 4,932% (GB00BMF9LG83). Dat is de hoogste coupon sinds 2012 op vijfjaarsobligaties wordt aangeboden en het hoogste rendement sinds 2008. Ook het Amerikaanse ministerie van Financiën gaf in juni staatsleningen met een looptijd van twee jaar uit die een coupon van 4,25% bieden (US91282CHD65). Ook de Duitse Bund die in april werd verkocht (DE000BU3Z005) betaalt een coupon van 2,3%. Een groot verschil met een paar jaar geleden, toen een coupon van 0% zou zijn betaald.
In een AI-economie zal de toegenomen productiviteit en het vervallen van banen (computers en robots nemen werk over) de inkomensongelijkheid verergeren. Dit vertaalt zich in grotere begrotingstekorten als overheden onderwijsinitiatieven en sociale vangnetten initiëren. Naarmate de werkloosheid stijgt en de inflatie daalt, zal het monetaire beleid accommoderend (geld gemakkelijk te lenen) worden, met de mogelijkheid dat negatieve rentes de norm worden. Het nieuwe AI-tijdperk zal echter gepaard gaan met een grotere volatiliteit van de inflatie. Om dat te voorkomen, zullen beleidsmakers worden gestimuleerd om AI te reguleren en selectief te gebruiken om de reële economie niet te vernietigen, waardoor mildere economische uitschieters ontstaan.
Beleggen kent risico’s, uw inleg kan minder waard worden.
U vindt de rest van de Outlook hier op de overzichtspagina of via onderstaande links. Ook kunt u zich nu nog aanmelden voor het webinar over de Quarterly Outlook met Peter Garnry op dinsdag 11 juli.
Beleggen kent risico’s, uw inleg kan minder waard worden.
De informatie op deze pagina is niet bedoeld als individueel beleggingsadvies of als een individuele aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen. De beloning van de auteur van dit artikel staat/stond/zal niet direct of indirect in relatie (staan) met zijn specifieke aanbevelingen of standpunten. Ondanks het feit dat Saxo Nederland alle zorgvuldigheid in acht neemt bij het samenstellen en onderhouden van deze pagina's, en daarbij gebruik maakt van bronnen die betrouwbaar geacht worden, kan Saxo Nederland niet instaan voor de juistheid, volledigheid en actualiteit van de geboden informatie. Indien u zonder verificatie of advies gebruikmaakt van de verstrekte informatie, doet u dat voor eigen rekening en risico. Aan de informatie op deze pagina's kunnen geen rechten worden ontleend. Saxo Nederland is een handelsnaam van Saxo Bank A/S. Beleggen brengt risico’s met zich mee. Uw inleg kan minder waard worden. Meer informatie over de specifieke productrisico’s kunt u lezen op de productpagina’s.